Zakgeldtips

Start bij het geven van zakgeld met contant geld. Het voordeel van contant geld is dat jouw kind de munten leert kennen en herkennen. Je kinderen kunnen zo leren tellen. Extra tip: geef het zakgeld iedere week in andere muntjes. Krijgt jouw kind bijvoorbeeld 1 euro per week? Geef dan de ene week 1x 1 euro en de volgende week 2x 50 cent. Zo leren jouw kinderen de waarde van geld nog beter kennen!

Ieder spaardoel kan een eigen spaarpot gebruiken. Zelf een spaarpot knutselen kan heel makkelijk. Gebruik bijvoorbeeld een leeg melkpak. Plak de bovenkant dicht en snij een gleuf in de zijkant. Jouw kind kan het pak zelf beplakken of beschilderen. Maar ook een leeg glazen potje met een eigen ontworpen etiket is een leuk idee. Op Pinterest kun je nog veel meer leuke ideeën vinden!

Heb je boodschappen in huis gehaald? Vergeet dan niet om de kassabon te bewaren. Gebruik deze kassabon voor het raden van de prijzen. Zet 5 artikelen op een rijtje en laat jouw kind de prijzen raden. Heb je nog hele jonge kinderen? Vraag dan bijvoorbeeld bij een pak melk “is dit pak melk goedkoper of duurder dan 1 euro”.

Bedenk samen klusjes die jouw kind in huis kan doen. En dan natuurlijk niet de normale klusjes die er altijd bij horen, maar de extra klusjes. Geef per klusje aan hoeveel tijd het kost en wat de beloning is. Heb jij wat minder geld te besteden? De beloning hoeft niet eens geld te zijn. Dit kan ook een film naar keuze kijken of het kiezen van het avondeten zijn. Dat zijn ook waardevolle beloningen!

Het is belangrijk dat kinderen de waarde van geld leren. Dat kan je spelenderwijs leren. Bijvoorbeeld tijdens het middageten. Zet 5 artikelen bij elkaar en laat de kinderen de artikelen in volgorde van de prijs zetten. Welk artikel is het goedkoopste en welk artikel is het duurste? Dit raadspelletje kun je regelmatig tussendoor houden. Bijvoorbeeld met speelgoed of kleding.

Geef jouw kind meerdere (spaar)potjes. Geef ieder potje een duidelijke naam. Bijvoorbeeld spaarpot, uitgeefpot en goede doelenpot. Verdeel het zakgeld iedere keer over de potjes. Zo weet jouw kind precies welk geld waarvoor bestemd is.

Bij de start van een nieuw (school)jaar of bijvoorbeeld op een verjaardag horen ook nieuwe geldafspraken. Bespreek wat wel en wat niet gekocht moet/mag worden van het zakgeld. Hoeveel zakgeld krijgt je kind? Mogen ze dat allemaal gelijk opmaken? Je kunt dit samen vastleggen in een zakgeldcontract. Op internet kun je veel voorbeelden vinden!

Heb jij een kind dat alleen maar spaart? Het is ook goed als ze leren geld uit te geven. Bepaal samen een spaardoel. Begin met een spaardoel dat ze in 2 of 3 weken met zakgeld bereiken. Ga vervolgens samen naar de winkel om het artikel te kopen. Laat jouw kind zelf afrekenen. Geef jouw kind een compliment dat het doel is bereikt. Deze positieve ervaringen zijn enorm belangrijk.

Zakgeld geven, betekent ook dat je soms even flink op je tanden moet bijten. Ook als je kinderen een stuk speelgoed kopen dat binnen 5 minuten kapot gaat, of geld zijn kwijt geraakt. Je kind mag eigen keuzes maken, binnen de afspraken die jullie hebben gemaakt. Van verkeerd kiezen kun je juist leren voor een volgende keer!

Je bent heus niet de enige die een keer vergeet om het zakgeld te geven. Het kan de beste gebeuren! Maar, zorg dan wel dat je het tijdig recht trekt en met elkaar bespreekt. Dit is namelijk juist een handig middel om je kind te leren plannen met geld. Dan moeten ze wel op de vaste data kunnen rekenen.

Weet je hoe je jouw kind kan laten ontdekken wat de waar van spullen is? Reken samen de spaartijd uit. Schrijf het bedrag op van het artikel dat zij graag willen hebben. Deel de prijs van dit artikel door het bedrag dat zij wekelijks aan zakgeld krijgen. Wanneer je bijvoorbeeld een spelletje van €30,00 koopt en je krijgt €1,00 zakgeld per week, dan moet je 30 weken sparen. Dat is meer dan een half jaar!

Gaat je kind naar de middelbare school. Geef dan voortaan zakgeld per maand in plaats van per week. Zo leren ze om te plannen en vooruit te denken in tijd. Ze kunnen hulp van ouders hierbij natuurlijk goed gebruiken. Moet je bijvoorbeeld ergens voor sparen, zet dan iedere maand het bedrag opzij. Of maak hiervoor een apart spaarpotje aan.